De vertrouwenspersoon kan de vertrouwelijkheid (enkel) doorbreken wanneer er sprake is van ernstige strafbare feiten (zoals bijvoorbeeld aanranding, verkrachting of misstanden die het maatschappelijk belang schaden), waarmee de vertrouwenspersoon in gewetensnood komt. Het is dus vertrouwelijkheid ‘tenzij’. Het is belangrijk dat de vertrouwenspersoon deze vrije gewetensruimte bij aanvang van het gesprek met de melder aangeeft.
We vinden het belangrijk dat de vertrouwenspersonen een eigen gewetensvolle afweging mag maken, die recht doet aan hemzelf, de melder, andere belanghebbenden en de organisatie.